zaterdag 25 november 2017

182. Een internationale prinses

Op de boekenmarkt in Den Haag gevonden, enige tijd terug: een uitgaafje van La Princesse Karadja, zoals de titelpagina vermeldt. Het boekje heet: Étincelles (vonken of flitsen), een titel die vaak aan muziekstukjes is gegeven. De aforismen zijn geschreven in het Frans.




Omslag en titelpagina van Princesse Karadja, Étincelles (1892)
Op de keerzijde van de titelpagina staat dat het is gedrukt in Londen en daaronder is een strookje ingeplakt waarop staat: 'La Haye - Belinfante frères'. Deze firma heeft het boekje in Nederland gedistribueerd. Daar was een goede reden voor en die staat achterin het boek: 'Légation Impériale de Turquie à La Haye', met de datering 'Mars, 1891 - Janvier, 1892'. De 'prinses' was gehuwd met de gezant van Turkije in Den Haag.



Colofon en slot van Princesse Karadja, Étincelles (1892)
De prinses heette oorspronkelijk Marie Louise Smith (1868-1943). Ze was de dochter van een Zweedse zakenman en politicus, Lars Olsson Smith. Door haar huwelijk in 1887 met een diplomaat van het Ottomaanse rijk, Jean Constantin Alexandre Othon Karadja Pasha (1935-1894), kreeg ze de titel van prinses. Ze noemde zich Mary Karadja. 

Haar echtgenoot (ook bekend als Jean Karadja Pasha) was in 1881 benoemd tot gezant in Den Haag én Stockholm. Hij zou in 1894 sterven, niet in Den Haag, zoals Wikipedia beweert, maar op zijn kasteel in Bovigny (op de grens van België en Luxemburg). Het Algemeen Handelsblad van 13 augustus 1894 wist dit te berichten. Op zijn Haagse woning en op het Turkse consulaat hing inmiddels de vlag halfstok.

Twee jaar daarvoor verscheen de uitgave met 'vonken' van zijn echtgenote die later naar Engeland verhuisde en zich met occultisme bezig hield, waarover ze het boek De bovenzinnelijke wereld schreef.

Van Étincelles heeft de KB een exemplaar dat afwijkt van het op de markt gevonden exemplaar. Het heeft voorin een extra titelpagina ingeplakt gekregen, voor de de Londense uitgever Griffith, Farran & Co., Limited.


Ingeplakte titelpagina in Princesse Karadja, Étincelles (1892)

In Engeland werd het boek dus door Griffith, Farran & Co gedistribueerd. Het boek was ook in Londen gedrukt, net als de andere editie.

Decoratie in Princesse Karadja, Étincelles (1892)
Er verschenen enkele recensies waarin werd benadrukt dat prinses Karadja niet alleen de 333 gedachten 'in sierlijk Fransch geschreven' had, maar dat zij ook verantwoordelijk was voor de illustraties: 'Maar niet alleen geschreven, - ook geïllustreerd door de auteur zelve, zeer fraai geïllustreerd' (zo schreef de Haagsche Courant op 29 maart 1892). Dat geldt zeker niet voor alle decoraties die gewoon uit de voorraad clichés van de drukker kwamen, maar de grotere en schetsmatiger illustraties zouden best door haar getekend kunnen zijn.


Illustraties in Princesse Karadja, Étincelles (1892)
De krant vond de 'allerlei aardige figuurtjes' waarmee de spirituele gedachten van de prinses werden omlijst heel geslaagd en wees er op dat het boek 'keurig' gedrukt was in Londen - 'voor den uitgever Lemerre in Parijs', terwijl het 'hier te lande' in de handel werd gebracht door Gebr. Belinfante. Dat verklaart wel het ingeplakte strookje met de naam Belinfante in het éne exemplaar, maar niet het ontbreken van de naam Lemerre in beide exemplaren. De nationale bibliotheek van Frankrijk heeft intussen geen exemplaar in haar bezit (de British Library wel; die schrijft haar naam als 'Karatzas'). 

Ook het Haarlems Dagblad (8 april 1892) wees op de illustraties van de auteur - die dat waarschijnlijk zelf heeft ingefluisterd bij de redactie: 'bij deze fransche spreuken heeft ze, prettig los tusschen den tekst door, kleine vignetten, alle min of meer in stijl, het best in Japanschen geteekend'. De kritiek was mild: 'Zóó is die bundel, op zwaar papier gedrukt, en uitgekomen, een rijk boek uiterlijk en innerlijk een aardig boek, waarin menigeen met genoegen zal bladeren. De uitgaaf is beredderd door Gebr. Belinfante in Den Haag.' Rijk én aardig, allemaal heel beleefd van de recensent. Het zal wel.

Enige tijd later kondigde het Nieuwsblad voor den boekhandel (20 mei 1892) aan dat een Nederlandse vertaling was voorgenomen, maar dat kwam niets van terecht.

dinsdag 21 november 2017

181. Rudy Kousbroek in de KB

Ben de brieven van Rudy Kousbroek aan Gerard Reve aan het lezen (Seks natuurlijk, maar vooral orde, recent uitgegeven door Augustus/Atlas Contact) en kom daarin de KB tegen.

Rudy Kousbroek, Seks, natuurlijk, maar vooral orde (2017)
In het KB-exemplaar van de inaugurele rede van Nobelprijswinnaar Jacobus van 't Hoff was Kousbroek een anekdote over Descartes tegengekomen die hem beviel en dat schreef hij aan Reve. Die rede heette - en die titel alleen al zal Kousbroek hebben aangesproken - De verbeeldingskracht in de wetenschap (1878).

J.H. van 't Hoff, De verbeeldingskracht in de wetenschap (1878)

maandag 20 november 2017

180. De kunst van lezen: geopend

Afgelopen vrijdag is de tentoonstelling 'De kunst van lezen' geopend. De openingstoespraken werden gehouden in de Centrale Bibliotheek Den Haag, waarna het gezelschap voor verfrissingen en de expositie naar het museum wandelde, reed of tramde. Het was gelukkig prachtig rustig herfstweer in Den Haag.

Foto's volgen nog, hier alvast een kiek van kunstenaar Joyce Overheul en de directeur van Museum Meermanno, Sandra Bechtholt.

Joyce Overheul, Paul van Capelleveen en Sandra Bechtholt
voor het kunstwerk van Michael Mandiberg
(17 november 2017)
Zie ook het filmpje over de tentoonstelling De kunst van lezen

woensdag 15 november 2017

179. De kunst van lezen (bijna open)

Vandaag bij het stallen van mijn fiets voor de deur van Museum Meermanno even een foto genomen van de gevel: het banier voor de tentoonstelling 'De kunst van lezen. Van William Kentridge tot Wikipedia' hangt.

Gevel van Museum Meermanno, 15 november 2017
En voor dat iemand denkt dat we voor de ondertitel de alliteratietrommel hebben opengetrokken: het eerste kunstwerk in de show is echt van Kentridge en het laatste is echt de Nederlandstalige Wikipedia, uitgeprint in dikke delen.

donderdag 9 november 2017

178. Uitnodiging De kunst van lezen

Op 17 november bent u van harte welkom bij de opening van de tentoonstelling ‘De kunst van lezen. Van William Kentridge tot Wikipedia’. Gastspreker is Mark Mieras, wetenschapsjournalist, over hoe onze hersens omgaan met lezen.

Svp aanmelden via de website van de KB.  

De tentoonstelling toont zes aspecten van lezen: bladeren, aanraken, kijken, onthouden, je concentreren en reageren. Boeiende boekproducties van nationale en internationale kunstenaars zijn voor het eerst in Nederland te zien. Van William Kentridge is dat zijn boek+film 2nd Hand Reading; de feministische activiste Mirabelle Jones toont een nieuw 3d-geprint muzikaal boek en Michael Mandiberg heeft de Nederlandse Wikipedia uitgeprint. Er zijn boeken te zien met foto’s die op warmte reageren, vertalingen van gedichten die verstoord raken door nieuwere vertalingen en teksten die door een bril aan je worden voorgelezen.

In deze tentoonstelling zonder vitrines is het de bedoeling dat u de boeken aanraakt, doorbladert en bekijkt.

De Koninklijke Bibliotheek (KB), nationale bibliotheek van Nederland, en Museum Meermanno | Huis van het boek, nodigen u van harte uit de feestelijke opening bij te wonen in de Centrale Bibliotheek in Den Haag.

Datum: vrijdag 17 november 2017
Locatie: Centrale Bibliotheek, Spui 68, Den Haag
Aanvang: 16.00 uur (inloop vanaf 15.30 uur)
Borrel in Museum Meermanno: vanaf ca. 17.30

Aanmelden via de website van de KB



zaterdag 4 november 2017

177. Met studenten MasterLanguage in Parijs (3)

Het laatste atelierbezoek op Allerheiligen in Parijs vond plaats in de buurt van de Bastille waar Michael Caine zijn drukkerij heeft ondergebracht. (Zie voor de eerste twee bezoeken: Kaldewey en Vielle).

Michael Caine
Begin jaren negentig nam Michael Caine het Atelier de la Cérisaie in Parijs over, toen kunstenaar, auteur en drukker Jean-Luc Lerebourg naar Bretagne verhuisde. Het atelier is een smalle, propvolle pijpenla. Caine is geboren in Leeds (1959), maar werkt al sinds 1990 in Parijs en vertelde dat hij nu zijn Engels aan het kwijtraken is. Hij vroeg me eens goed te kijken naar het tweetalige colofon van zijn nieuwe uitgave waar hij inderdaad de Franse termen in curieus Engels had vertaald.

Hij is gewend (kleine!) groepen te ontvangen in zijn atelier en doceert al sinds 1993 typografie aan de befaamde École Estienne. 

Ook hier werden de studenten aan het werk gezet. Ze mochten in verschillende lettertypen de titel voor zijn colofon zetten en vervolgens werden die op de proefpers afgedrukt, alles uiteraard voorzien van deskundig en amusant commentaar van Michael.









Aan het werk  in het atelier
van Michael Caine
Tegen half acht werd het programma afgerond met een diner in de Marais, waar de afgedrukte etsen werden voorgelegd aan mede-docent Olivier Sécardin, die alleen het laatste onderdeel had kunnen bijwonen. 


vrijdag 3 november 2017

176. Met studenten MasterLanguage in Parijs (2)

De studenten van het Masterlanguage-programma Text & Image bezochten in Parijs niet alleen musea en bibliotheken, maar ook enkele ateliers. Na uitgever Gunnar Kaldewey was op Allerheiligen de beurt aan graveur Christiane Vielle. 


Christiane Vielle (foto © Jos Uljee, 2016)
Vorig jaar bezocht ik het atelier van Christiane Vielle omdat we atelierfoto's nodig hadden voor het boek Artists & Others. Vielle (Saint-Raphaël, 1950) heeft haar atelier in de buurt van de Porte d'Orléans in het zuiden van Parijs. Zij verspreidt haar boeken via de eigen uitgeverij Éditions Mirage.


Christiane Vielle, etsen in Stéphane Mallarmé, Écrire (2010)
Atelier van Christiane Vielle
(foto © Jos Uljee, 2016)
In een iets meer dan 2 uur durend uitstekend geregisseerd programma liet Vielle zien hoe de diverse etstechnieken en -bewerkingen voor verschillende effecten gebruikt konden worden en stapje voor stapje werden alle studenten aan het werk gezet om in de vernis op een etsplaat te tekenen, of er met burijn in te krassen dan wel met een stalen pen een tekening in de koperen plaat aan te brengen. Intussen werden platen bewerkt, verwarmd, in het zuur gelegd, gedroogd.


Christiane Vielle met de studenten in haar 'keukentje'
Al gauw bleek de praktijk van het etsen lastig en veeleisend, maar het plezier van het zelf iets maken straalde er van af.



Aan het werk in het atelier van Christiane Vielle
Tot dan toe hadden de meesten schone handen gehouden, maar vanaf het stadium van inkten werden meer en meer vingers en handpalmen zwart van de inkt.




Aan het werk in het atelier van Christiane Vielle
En het uur van de waarheid naderde. Eerst drukte Christiane Vielle een van haar eigen etsen af om te laten zien welke mogelijkheden er allemaal waren en hoe een nauwelijks te onderscheiden tekening in het koperen vlak een subtiele ets kon worden. Daarna werden de surrealistisch geïnspireerde etsplaten van studenten en docente onder de pers gerold. Vielle legde het natgemaakte papier op de platen, de studenten draaiden aan het wiel van de pers.






De demonstratie was een welkome aanvulling op de studie waarin vooral theoretisch over de prentkunst gesproken wordt. De praktijkervaring zal de studenten bij hun studie zeker te pas gaan komen. In elk geval waren ze allemaal heel enthousiast en verlieten ze vol bewondering voor de kunst van Vielle haar atelier.

donderdag 2 november 2017

175. Met studenten MasterLanguage in Parijs (1)

Eerder al schreef ik dat in het Masterlanguage-programma Le text & l'image met de studenten een bezoek aan Parijs is gepland door de organisatoren Maaike Koffeman (Radboud Universiteit Nijmegen) en Olivier Sécardin (Universiteit Utrecht). De eerste twee dagen daarvan waren gewijd aan musea en bibliotheken. Ik kon alleen de derde en laatste dag bijwonen. Dat was woensdag 1 november, Allerheiligen, en dan zijn veel musea en bibliotheken gesloten. Antiquariaten trouwens ook. Men had mij gevraagd wat bezoekjes bij kunstenaars te regelen.


Gunnar Kaldewey met Azur (2015)
Het programma bracht ons langs een uitgever van kunstenaarsboeken, een graveur/kunstenaar en tenslotte een kunstenaar/drukker.

De van oorsprong Duitse antiquaar Gunnar Kaldewey was onze eerste stop. Hij ontving ons in het atelier van een bevriende kunstenaar in een zijstraat van de rue de Château d'eau. Kaldewey vestigde zich omstreeks zijn dertigste in New York en werd daar uitgever van boeken die hij samen met een lange reeks internationale kunstenaars ontwikkelde. Een van die boeken is een samenwerking met papierkunstenaar Ann Sperry, Hiroshima mon amour, met tekst van Marguerite Duras. Een luxe exemplaar bevindt zich in de Collectie Koopman.

Hij is een gepassioneerde verteller, die met trots maar vooral ook met een flinke dosis relativerende humor vertelde over zijn drijfveren en zijn werkwijze. Tegenwoordig doet hij het wat rustiger aan en zijn alle illustraties in de boeken van zijn eigen hand: aquarellen of prints van aquarellen. De grote samenwerkingsprojecten horen helaas tot het verleden en dat is jammer, want die zorgden voor spannende en zeer uiteenlopende boeken.


Gunnar Kaldewey met studenten en Maaike Koffeman
Hij vertelde onder andere dat hij door de jaren heen een werkwijze had ontwikkeld die gebaseerd was op het ritme van de natuur. In de winter rust de werkplaats. Kaldewey verblijft dan in Parijs, of tegenwoordig in zijn huis aan de Middellandse Zee. Daar denkt hij wel na over een nieuwe uitgave, maar hij ontwerpt nog niets. Bij terugkeer in Amerika, in zijn werkplaatsen op het landgoed Poestenkill, gaat hij dan zo systematisch te werk dat hij bij voorbaat tegen zijn boekbinder kan zeggen, wanneer de oplage bij hem komt voor de afwerking.


Gunnar Kaldewey met studenten en Maaike Koffeman
Voor de banden worden tegenwoordig vaak oosterse stoffen, zoals Japanse of Chinese zijde, gebruikt. Kaldewey vindt ze goed passen bij zijn boeddhistisch geïnspireerde aquarellen. Voor het gedicht Azur van Stéphane Mallarmé werd een diep blauw zijde voor de band gebruikt. Om de titel (de vier letters elk in één windrichting geplaatst op de voorzijde van de band) te kunnen drukken werd eerst in blind de kapitaal in Helvetica gedrukt, vervolgens moest er drie maal in zilver worden gedrukt om het gewenste heldere effect te krijgen.


Gunnar Kaldewey met Génie (2011)
De aquarellen hebben een bijzondere ontstaanswijze. Eerste maakt Kaldewey gewone aquarellen op papier. Als ze nog nat zijn, legt hij er een vel papier op en trekt het er weer af. Dit tweede opgelegde vel bevat dan de illustratie zoals hij die wil hebben. Die techniek is op zich niet onbekend. Kaldewey noemt het resultaat een 'crystal print', vanwege de kristalvormige vlekken die er op te zien zijn. Deze 'afdrukken' fungeren als originelen die vervolgens worden gescand en op een Epson als inkjet print gereproduceerd. Het verschil is bijna niet te zien, maar wel te voelen.


Band van luxe exemplaar Génie (2011)
Voor een gedicht van Arthur Rimbaud, Génie (2011), maakte Kaldewey zo eerst 100 aquarellen, waarvan hij er 12 voor reproductie uitzocht. Die waren allemaal blauw, eenvoudig omdat het zijn lievelingskleur is. De teksten werden er in een quasi spontaan ritme op aangebracht - sommige regels recht, sommige schuin - en de bladen werden daarna op een canvas ondergrond gemonteerd (ongeveer zoals op een oude opvouwbare landkaart). De luxe editie bevat ook enkele originele aquarellen en die zijn juist niet blauw, maar groen of geel, puur voor de variatie.

Kaldewey streeft ernaar alle handelingen onzichtbaar te maken, zodat het eindresultaat er vanzelfsprekend, maar vooral helder, simpel, uitziet.