donderdag 12 december 2019

258. H.N. Werkman: compleet en incompleet

Van drukker/kunstenaar H.N. Werkman zijn een aantal uitgaven zo zeldzaam, dat zelfs de onvoltooide exemplaren bijzonder zijn. Dat geldt bijvoorbeeld voor Hot Printing (de KB heeft een compleet exemplaar, het boekje mét alle losse prenten), maar ook voor het uitgaafje Pesach 1936 waarin een prent is opgenomen met de titel ‘Tusschen de keerkringen’. 

Pesach 1936 (in vitrine KB Den Haag, december 2019)
Daarvan bezit de KB sinds kort een incompleet exemplaar. Wat ontbreekt zijn twee teksten van Werkman. Hij nam deze over uit twee eerdere publicaties: een daarvan is Hot Printing, de andere is Februari aanbieding. Deze dateren uit 1935 en 1936, terwijl Pesach 1936 rond Pasen van 1936 moet zijn gemaakt. Voorop staat een afbeelding van een rabbi. 

De afbeelding boven is gemaakt terwijl het boek in de vitrine bij de afdeling Bijzondere Collecties staat - daar staat het nog een maandje; vandaar de weerspiegeling van de letters 'tie'.

Dat de teksten ontbreken is eigenlijk niet zo erg. Werkman zelf schreef namelijk – aan de fotograaf Paul Guermonprez – dat alleen het omslag en de tekening op de middenpagina’s van belang waren: ‘de tekst is betrekkelijk bijzaak’. Bovendien: elk exemplaar bevat andere teksten en een aantal van die teksten heeft de KB bij het exemplaar van Hot Printing.

Beide illustraties zijn in elk exemplaar met de hand getekend, met de handrol, een drukkersinstrument dat normaal niet voor tekeningen werd gebruikt. Met de zijkant ervan kon Werkman vrij snel schetsen maken. De diagonale kleurenstroken zijn gerold. Ook gebruikte hij sjablonen (voor de pijlen). De titel is gezet uit het lettertype Cheltenham. 

April 1937 (Apologien) (in vitrine KB, Den Haag, december 2019)
Voor de kunstenaarsvereniging De Ploeg in Groningen maakte Werkman de uitgave April 1937, ook bekend als Apologien vanwege de belangrijkste tekst daarin (door de schilder Johan Dijkstra). Het omslag is een druksel met twee koppen en profil. Hiervoor combineerde Werkman linoleumsneden met druksels van los zetmateriaal. Deze uitgave is wel compleet, inclusief het vignet van De Ploeg op het omslag dat in sommige exemplaren ontbreekt.

Te zien in de vitrine Bijzondere Collecties in de KB Den Haag (tot medio januari):
H.N. Werkman, Pesach 1936.
Groningen, H.N. Werkman, 1936
Incompleet: bevat alleen het omslag met illustratie van een rabbi en het middenblad met de illustratie ‘Tusschen de keerkringen’.
Dit was het exemplaar van ‘Fie en Siep’ [=Fie Werkman (dochter) en Siep van den Berg].
Aanvraagnummer: KW GW X100217.

April 1937 [Apologien]. Teksten van Johan Dijkstra en Hendrik de Vries.
Groningen, De Ploeg, 1937
Omslag H.N. Werkman (origineel ingekleurde linosnede)
Aanvraagnummer: KW GW X100211

maandag 9 december 2019

257. Kleine uitgevers en het andere boek

Gisteren vond in Paradiso in Amsterdam de Beurs voor Kleine Uitgevers plaats, waar we alleen al een kijkje nemen om te zien of er nieuwe uitgevers zijn opgedoken die hun publicaties nog aan de KB kunnen aanbieden. De beurs duurt tegenwoordig nog maar één middag, waardoor het op het hoogtepunt wel een beetje dringen bij de tafels was, maar het zorgde er ook voor dat je zowat iedereen tegenkwam; het had een gezellige compactheid.



Beurs voor Kleine Uitgevers (Amsterdam, 2019)
Vergeleken met de Other Book Fair in The Little Grey Space in the Middle in Den Haag, een week eerder, was het publiek in Paradiso gemiddeld ouder - in Den Haag viel op hoe divers en jong het publiek was. Daar staat misschien wel tegenover dat het Amsterdamse publiek kooplustiger leek.


The Other Book Fair (Den Haag, 1 december 2019)
Op The Other Book Fair stonden meer jongere kunstenaars die hun eigen zines en boeken publiceren en daar waren voor de KB veel nieuwe namen bij. Boekjes als Steel het boek als de zon opkomt en The Provo Bicycle Trick kunnen we nu in Rotterdam bij de Printroom bestellen, maar veelal kopen we de zines rechtstreeks bij de kunstenaars, zoals Vincent Bijleveld.

dinsdag 3 december 2019

256. Dr Jekyll en Mr Hyde

Op 3 december 1894 stierf Robert Louis Stevenson, de auteur van Strange Case of Dr Jekyll and Mr Hyde, een boek dat veel filmers en kunstenaars heeft geïnspireerd. Een van de interessantere kunstenaarsboeken waarin de strijd tussen Dr Jekyll en Mr Hyde wordt gevisualiseerd is gemaakt door de Franse kunstenaar Didier Mutel. Het was zijn eindexamenproject voor de École Estienne in Parijs.





Robert Louis Stevenson, Le cas étrange du Dr Jekyll et de M. Hyde (editie Didier Mutel)
(Paris, Didier Mutel, 1994)
Dr. Jekyll probeert door experimenten de goede en slechte eigenschappen van een mens te scheiden. Het middel dat hij ontwikkelt en inneemt verandert hem in een kwaadaardig wezen, Mr. Hyde. Dankzij een tegengif kan hij weer terugkeren naar zijn goede ik. Maar Mr Hyde neemt gaandeweg de overhand en pleegt misdaden en een moord. Het tegengif blijkt op en Dr Jekyll pleegt zelfmoord om zijn kwade ik het zwijgen op te leggen.

In het boek van Didier Mutel is de typografisch tekst gezet uit loden letters, maar vervolgens bewerkt zodat er doorheen een geëtste tekst kan worden gedrukt die de overrompeling van zijn persoon door de kwaadaardige Hyde verbeeldt. Die neemt steeds grotere porties van de tekst in beslag en beheerst de pagina.

Robert Louis Stevenson, Le cas étrange du Dr Jekyll et de M. Hyde (editie Didier Mutel)
(Paris, Didier Mutel, 1994)
Het exemplaar bevindt zich in de collectie van de KB (aanvraagnummer KW KOOPM E 95) en kan worden ingezien in de leeszaal Bijzondere collecties.

zondag 10 november 2019

255. Ronald Firbank in Rome

Een van mijn lievelingsauteurs is de Engelse schrijver Ronald Firbank (1886-1926) die een ongewoon leven leidde. Zijn boeken bestaan voornamelijk uit dialogen, of althans, regels uit gesprekken die niet volgens een bepaald patroon verlopen - dat heeft hij gemeen met die andere bewonderde auteur Ivy Compton-Burnett. Beiden ontlenen de stof en in zekere zin de stijl aan de negentiende eeuw; Firbank werd beinvloed door Oscar Wilde. Maar zijn boeken hebben een unieke toon. 


Inscriptie op het graf van Ronald Firbank
Hij wordt door tegenstrijdigheden gekenmerkt: schuw en openlijk homoseksueel, lijdend aan een longziekte, maar steeds op reis naar Egypte, Griekenland, Spanje, Italië. Hij had van huis uit geld genoeg om te doen wat hij wilde, en al hadden zijn boeken bij zijn collega's een soort succes, hij betaalde zijn uitgever om ze te kunnen publiceren.

Hij stierf in Rome, waar een landgenoot hem vanuit zijn appartement soms 's nachts hoorde lachen om wat hij zat te schrijven. Zijn graf is er nog. Het ligt op het immense kerkhof Verano. Je moet wel weten in welk kwadrant hij ligt (nummer 38).


Plattegrond van de Verano begraafplaats


Het graf van Ronald Firbank (2019)
Er liggen bloemen op het graf, niet recent neergelegd. Bladeren van de bomen aan kop en voetzijde liggen op de steen, waarvan de inscriptie nog uitstekend te lezen is. Dat geldt niet voor alle stenen in dit perceel waar onder andere Duitsers en Polen liggen. Firbank ligt aan de rand van het perceel.

Het bezoeken van graven is natuurlijk volstrekt nutteloos, maar het zet wellicht aan tot het weer eens lezen van een van zijn romans.

woensdag 30 oktober 2019

254. Jacob Nuiver

Boekhandel Godert Walter in Groningen exposeerde in april/mei 2019 boeken en gelegenheidsdrukwerk van grafisch ontwerper Jacob Nuiver(1892-1953). Nuiver werd geboren in die stad, maar werkte voornamelijk in Amsterdam. De tentoongestelde boeken zijn afkomstig uit de collectie van Anne Aalders, die ook de auteur is van een bij deze tentoonstelling verschenen brochure.

G. Holle, De zoon van den berenleider (1920)
De lijst van door Nuiver ontworpen boekbanden bevat er (series meegerekend) zo’n 180 – volgens de auteur gaat het daarbij om ‘meer dan 125 verschillende banden’ (twintig jaar geleden werd de omvang van dit oeuvre door Peter van Dam nog geschat op zo’n 100 banden). Ze zijn aanvankelijk met zijn complete achternaam gesigneerd, maar al gauw alleen met zijn initialen ‘JN’, zoals bijvoorbeeld het kinderboek van G. Holle, De zoon van den berenleider uit 1920.

De stijl is een niet onmiddellijk herkenbare mix van art nouveau en latere stromingen, veelal gebaseerd op florale motieven en voorzien van illustraties, waarbij de belettering de avant-garde lijkt te vermijden. Dat laatste gold niet voor zijn werk in opdracht waarvoor Nuiver de tijdgeest dicht op de hielen moest zitten. Het reclamedrukwerk voor Philips wordt gekenmerkt door een strakke belettering, diagonaal geplaatste schreefloze teksten en geometrische zwarte vlakken. 

Die moderner stijl paste hij echter niet toe voor zijn boekbanden; de opdrachtgevers daarvan, uitgeverijen zoals het Zendingsbureau Oegstgeest of Zomer & Keuning, behoorden niet tot de meest vooruitstrevende uitgevers van die tijd.

Naast boekbanden ontwierp Nuiver titelhoofden voor tijdschriften, zoals Graficus (1925), ex-libris, waaronder dat van bibliofiel en papierhandelaar Ulco Proost, logo’s, briefpapier, kalenders, vloeibladen en meer.

De brochure bevat een levensbeschrijving, iets over de compositie van Nuivers ontwerpen en een chronologische lijst van de boekbanden.

Anne Aalders, Jacob Nuiver (2019)
Anne Aalders, Jacob Nuiver. Grafisch vormgever. Groningen 1892-Amsterdam 1953.
Groningen, Boekhandel Godert Walter, 2019. ISBN 978-94-90030-13-1. €4,00. 

De tekst is ook online te vinden op 'Levensverhaal van graficus Jacob Nuiver'.

Deze signalering verscheen eerder in De Boekenwereld, september 2019. Neem een abonnement op het tijdschrift De Boekenwereld bij uitgeverij Vantilt.

woensdag 23 oktober 2019

253. Onderdelen van het Boek [Book Parts]

Omslagen met stillevens van kunstenaar Jonathan Wolstenholme zijn kennelijk in de mode voor boeken over boeken. Niet gek, want de schilderijen tonen de menselijke kant van het boek. Wolstenholme schildert boeken met twee mannelijke armen die bezig zijn met schrijven of lezen in andere boeken. De boekband is tevens een colbert; het boekblok staat open en fungeert als lichaam én als hoofd; de handen omklemmen een pen en het boek is ijverig aan het studeren, schrijft passages over of schrijft een heel nieuw boek. Het omslag van Wat is een boek? door Paul Dijstelberge (2018), toont zo’n scheppend boek dat met een potlood een nieuwe tekst probeert te schrijven; vijf papierproppen geven de moeilijkheidsgraad daarvan aan. Overigens schrijft Dijstelberge in zijn boek niet over dit of andere boekomslagen.

Book Parts (2019)
Dat gebeurt vreemd genoeg evenmin in het dit jaar verschenen naslagwerk van Dennis Duncan en Adam Smyth, Book Parts, dat wél een hoofdstuk bevat over ‘Dust jackets’ (stofomslagen) waarin wordt bediscussieerd in hoeverre het kan gelden als ‘book part’. De ‘cover’ zelf heeft geen eigen hoofdstuk al komen ‘binding’ en ‘cover’ hier en daar ter sprake. Het stofomslag van dit boek toont een schilderij van Wolstenholme dat ‘Books on Books’ heet: een boek met een versleten band maakt aantekeningen bij het lezen van een klein formaat boekje.

Book Parts lijkt een systematische anatomie van het boek te geven, maar doet dat dus maar ten dele, wat misschien onvermijdelijk is voor een werk dat zich niet tot één periode beperkt en dus met allerlei technische en ideële veranderingen in het boekenvak rekening moet houden. Band en omslag hebben het moeten afleggen tegen de spannende geschiedenis van het stofomslag vanaf de negentiende eeuw. 

Book Parts beschrijft bijna alle andere onderdelen van het boek, maar niet de hoofdtekst. Met ‘book parts’ worden alleen de paratexten bedoeld: introductie, stofomslag, frontispice, titelpagina, impressum, inhoudsopgave, voorwoord aan de lezer, verantwoording en opdracht, ornamenten, lijst van personages, paginanummer, hoofdstuktitel, motto’s, toneelaanwijzingen, lopende titels, houtsneden, gravures, voetnoten, errata, registers, schutbladen en blurbs.

Daar wordt op een toegankelijke en onderhoudende manier over geschreven, met een begrijpelijke nadruk op voor voorbeelden uit het Engelse taalgebied: alle auteurs werken voor Engelse of Amerikaanse universiteiten en musea. Niet elk hoofdstuk geeft een compleet overzicht van de ontwikkeling: over de lijsten van personages ná 1800, bijvoorbeeld, komen we niets te weten.

De introductie constateert dat e-books de paratexten weglaten en meteen met het eerste hoofdstuk van de hoofdtekst beginnen. In zekere zin is dit boek meer een geschiedenis van de paratexten van weleer geworden dan een analyse van hun ontwikkeling tot op de huidige dag. 

Kopij voor Book Parts [foto: Dennis Duncan op Twitter, 1 maart 2018
Wat verder nog opvalt aan Book Parts is de vormgeving. Elke pagina met een  nieuwe hoofdstuktitel is vormgegeven zoals het onderwerp dat ingeeft: dat over titelpagina’s ziet er uit als een titelpagina, dat over indexen, geschreven door Duncan, luidt:

Indexes.
   D
Duncan, Dennis Chapter 20


Book Parts, Redactie: Dennis Duncan & Adam Smyth. Oxford, Oxford University Press, 2019. Gebonden, xix, 320 pagina’s. ISBN 978-0-19-881246-3. €38,99. 


Deze signalering verscheen eerder in De Boekenwereld, september 2019. Neem een abonnement op het tijdschrift De Boekenwereld bij uitgeverij Vantilt.

donderdag 19 september 2019

252. Speciaal proefschrift van Dick Hillenius

De dichter-bioloog Dick Hillenius (1927-1987) promoveerde in 1959 op zijn onderzoek naar
The differentiation within the genus Chamaeleo Laurenti, 1768, uitgegeven door Ponsen & Looijen in Wageningen. Op de titelpagina staat niet het (latere) Dick, maar Dirk. 
(Over Hillenius schreef Richter Roegholt een fraai stuk in 2002.)

Dick Hillenius,
The differentiation within the genus Chamaeleo Laurenti, 1768(1959)
De KB heeft van deze uitgave een speciaal exemplaar, met een extra omslag dat is gevouwen rond het gewone gele omslag. Dat extra omslag is gedrukt op Van Gelder papier, wat te zien is aan het watermerk.



Dick Hillenius,
The differentiation within the genus Chamaeleo Laurenti, 1768 (1959):
extra omslag en watermerk
Dat extra omslag is één grote ets in aquatint met afbeeldingen van kameleons, het onderwerp van het proefschrift. Eén kameleon illustreert de voorzijde en één de achterzijde. Het lijkt er op dat ze, dood, op een onderzoekstafel liggen.





Dick Hillenius,
The differentiation within the genus Chamaeleo Laurenti, 1768
(1959): extra omslag
 
De voorzijde van het omslag is met de hand in zwarte inkt gesigneerd: 'Hillenius 1959'.

Dick Hillenius,
The differentiation within the genus Chamaeleo Laurenti, 1768
(1959): omslag gesigneerd door Jaap Hillenius
Hillenius is hier echter niet de auteur, maar zijn broer Jaap Hillenius (1934-1999), een kunstenaar die in die periode nog figuratief werk maakte. Zijn stijl verschilt aanmerkelijk van die van Dick Hillenius, wiens eigen wetenschappelijke illustraties het proefschrift opsieren.

Dick Hillenius,
The differentiation within the genus Chamaeleo Laurenti, 1768
(1959): illustraties
Het Centraal Museum in Utrecht bezit een blad met dezelfde ets (abusievelijk gedateerd 1965) dat onder de plaat is gesigneerd in potlood. Dat is hier dus niet gebeurd. Hoeveel exemplaren van de ets als omslag zijn gebruikt is niet bekend, maar dat zullen misschien de presentatie-exemplaren zijn geweest, een stuk of tien wellicht. Of het is een uniek exemplaar: dat van de auteur zelf.


Dit exemplaar is in een bibliotheek beland op zeker punt; de resten van een signatuursticker zijn op de voorzijde nog zichtbaar. In 2010 is dit exemplaar in de collectie van de KB opgenomen.

In 1967 maakte Jaap (Jacob) Hillenius illustraties voor een bundel van Dick Hillenius: De vreemde eilandbewoner

dinsdag 27 augustus 2019

251. Het Beschreven Blad

Het grafisch en bibliofiel genootschap Het Beschreven Blad is heeft jarenlang publicaties de wereld in geholpen waarop buitenstaanders zich niet konden abonneren. Ook de KB niet. Maar zoals dat gaat, de leden worden ouder - het genootschap is opgericht in 1983 - en de behoefte aan een zekere vorm van archivering groeit. Zo kon het gebeuren dat de KB in één klap drie meter publicaties verworven heeft.


Verslag van Het Beschreven Blad (2003)

Menu voor het Jaardiner 2004 van Het Beschreven Blad
Het moet nog allemaal worden nagekeken op schimmels of insecten, de dubbelen moeten eruit worden geschift en een en ander moet nog worden beschreven in de catalogus. Maar het ziet er naar uit dat we in elk geval het tijdschrift Beschreven bladen - dat ook de verslagen van vergaderingen bevat - compleet hebben verworven.

En we hadden tot nu toe alleen wat verspreide publicaties die bedoeld waren voor een groter publiek dan alleen de kleine kring van HBB, die bestond uit drukkers, grafici, schrijvers, verzamelaars, uitgevers, antiquaren en andere boekenliefhebbers.


Doos met allerlei publicaties, ook doubletten

Beschreven bladen (eerste jaargangen, in cassette)
Het Genootschap denkt dat wij eerder een poging hebben gedaan het tijdschrift te kopen. In het gedenkboek 25 jaar grafisch en bibliofiel genootschap Het Beschreven Blad staat dat, tussen andere roddels in. In 1991 verkocht lid David Simaleavich namelijk zijn verzameling boeken en bij lid Bubb Kuyper kwam een lot met uitgaven voor het genootschap op de veiling. In het verslag van HBB lezen wij: 

'Het verhaal gaat dat de Koninklijke Bibliotheek het lot kocht en zich daarna wilde abonneren, uiteraard tevergeefs, want het blad was en is enkel bestemd voor de eigen leden!'

Nou, we hebben destijds niks gekocht - dat we een abonnement wilden is wel zeker, en dat het blad nu buiten de kring van Het Beschreven Blad beschikbaar komt is gegarandeerd. Overigens schijnt geen enkele set compleet te zijn; ook hier ontbreken enkele afleveringen (als ze al ooit verschenen zijn natuurlijk).

[Met dank aan Dick Jalink voor zijn geschenk en aan Rickey Tax voor de bemiddeling.]

donderdag 22 augustus 2019

250. Siân Bowen & Nova Zembla

Tijdens haar artist in residency in het Rijksmuseum in 2011-2012 werkte de Britse kunstenares Siân Bowen aan een tentoonstelling naar aanleiding van Nova Zembla. Onderdeel daarvan was een reeks van 25 boeken met unieke prenten gemaakt in uitlopende technieken. Deze boeken reisden met (delen van) de tentoonstelling mee naar Berlijn en later naar Londen. Momenteel schrijf ik voor een Amerikaanse catalogus een artikel over deze reeks boeken die met hun titel verwijzen naar het reisjournaal over de overwintering op Nova Zembla: Descriptions True and Perfect.





Siân Bowen, Descriptions True and Perfect (2016)
Er is maar één exemplaar in een openbare collectie, namelijk in de Haagse KB. Geen andere bibliotheek of museum bezit de vijfdelige uitgave zoals die in 2016 via een kunsthandelaar werd verkocht: de 25 delen zijn namelijk verdeeld over vijf sets. De KB bezit de vijfde set. Andere sets zijn in particuliere handen. (Daarnaast zijn er enkele losse delen, waarvan 2 in een openbare collectie, een in Leipzig, één in Stanford, CA).

Iedere set is op een andere manier ingedeeld. Die van de KB is als volgt ingedeeld:

Deel ‘a’ bevat achttien bladen met aan één zijde in goud een facsimile van een handschriftje dat op Nova Zembla werd gevonden: een Nederlandse vertaling van een Engelse reis van Pet en Jackman die de Nederlanders als gids gebruikten. De eerste pagina is aan de tekstzijde voorzien van een voorstelling in geprikte gaten. Aan de achterzijde is daardoor een reliëf ontstaan. Het patroon daarvan lijkt op foto’s die Bowen op een reis naar het Poolgebied maakte: reflecties van gebroken ijskorsten op het wateroppervlak. 


Dat patroon is met een naald in het papier geprikt. Ongeveer zoals vroeger patronen voor stoffen werden gekopieerd. Door die gaten heeft Bowen vervolgens palladiumstof gestrooid. Dat kwam terecht op een vel papier waarop een speciale lijm was aangebracht. Het patroon is zo 'gekopieerd'. 

Het boek is ritmisch opgebouwd met steeds zo'n tekstpagina, een geprikt patroon en een 'afdruk' daarvan in wisselende samenstellingen. 

Siân Bowen, Descriptions True and Perfect (2016)
Deel ‘b’ bevat uitsluitend teksten en afbeeldingen van voorwerpen (zoals een vlooienkam) die niet gedrukt zijn, maar als watermerk in het papier zijn aangebracht. 

Deel ‘c’ bevat de teksten in watermerk en de afbeeldingen als geprikte patronen én als 'afdrukken' daarvan. 


Siân Bowen, Descriptions True and Perfect (2016)
Deel ‘d’ bevat alleen de tekst, in blinddruk, diep in het papier gedrukt.

Deel ‘e’ bevat combinaties van zulke bladen en afbeeldingen die in blinddruk zijn aangebracht. Er is veel meer over te zeggen - het concept is boeiend, de technieken zijn tamelijk complex en tijdrovend, terwijl het boek betoverend mooi is en perfect uitgevoerd- maar ik wilde ze deze keer vooral laten zien.

donderdag 25 juli 2019

249. Niet Meer dan 30 Woorden: Just 30 Words

Voor de catalogus van een tentoonstelling in het Pratt Institute in New York (januari 2020) schreef ik een artikel over het werk van Robbin Ami Silverberg, waarbij ik voornamelijk de relatie tussen haar boeken en haar installaties probeer te doorgronden. 

In haar werk hangen tentoonstellingen en workshops, installaties en boeken direct samen. Een voorbeeld is het boek Just 30 Words (2004/5) (er is een exemplaar in Huis van het Boek | Museum Meermanno). De editie bestaat uit dertig exemplaren. (Dit boek wordt in mijn inleiding overigens niet besproken.)

Robbin Ami Silverberg, Just 30 Words (2004/5)
Het idee voor dit boek kwam gaandeweg een rondreizende tentoonstelling over ansichtkaarten die in 1944 door Joodse Hongaren in Auschwitz onder dwang werden geschreven. Ze werden gepost alsof ze afkomstig waren uit Waldsee, een imaginair vakantiedorp. De kaarten werden bestemd voor familieleden die zo werden verleid een antwoord te versturen, waarna ze zelf ook konden worden opgepakt. Hun antwoord mocht maar dertig woorden tellen. Vandaar de titel Just 30 Words.

De expositie was te zien in Budapest in 2004, en het jaar erop, onder de titel Waldsee 1944 in Berlijn en New York City, waarna in 2006 Ulm volgde en een reis langs Amerikaanse instellingen aanving. Tientallen kunstenaars leverden nieuwe werken voor deze expositie, per stad verschillend, en al die werken waren uitgevoerd op het formaat van een ansichtkaart. Als curatoren van de tentoonstelling traden Silverbergs echtgenoot András Böröcz, Robbin Ami Silverberg zelf en László Böröcz (2B Gallery) op. 


Silverberg schreef: ‘While working on that show, I felt a strong need to create my own interpretation of the subject, which became Just 30 Words.’ (email, 11 juni 2019). Het boek houdt zich niet aan het formaat van een ansichtkaart, integendeel het meet circa 32 x 24 cm. Het formaat heeft wel wat weg van een ouderwets fotoalbum. Maar op iedere pagina zijn de omtrekken van twee kaarten te zien en daarbinnen worden pogingen weergegeven om tussen de regels van de oorspronkelijke regels handschrift te zoeken naar wat niet door de gedeporteerden kon worden gezegd én te bedenken welke antwoorden geschreven hadden kunnen worden. 


Robbin Ami Silverberg, Just 30 Words (2004/5)
Elke poging bestaat uit 30 woorden of uit andere elementen zoals stukjes eierschaal. Deze pogingen tot interlineariteit bevatten ook hedendaagse referenties, waaronder een advertentie voor een familiehotel in Waldsee, een bericht over het automatisch ‘top secret’ verklaren van duizenden Amerikaanse overheidsdocumenten, een biologische observatie over de nieren van een kikvorsvis en de restauratie door forensische onderzoekers van een Hebreeuwse tekst uit het dagboek van een van de inzittenden van de geëxplodeerde space shuttle Columbia. 

Robbin Ami Silverberg, Just 30 Words (2004/5)
Ze hebben onveranderlijk betrekking op de scheiding tussen het leesbare en het onleesbare, tussen dat wat vernietigd wordt en wat resteert en wijzen ons steeds op de scheidingswanden daartussen, op de scheiding zelf, op het sturende optreden waardoor niet gezegd of gelezen kan worden wat er werkelijk aan de hand is. 

De ervaring bij het lezen van Just 30 Words wordt mede bepaald door het papier dat Silverberg zelf maakte; de omtrekken van de kaarten zijn er als watermerk in aangebracht en (zoals Inge Bruggeman stelde): deze watermerken zijn te vergelijken met permanente littekens in het papier en ze wijzen ons op de verbanden tussen huid en papier en op het menselijk lichaam als een historisch archief van wat het individu is overkomen. 


Robbin Ami Silverberg, Just 30 Words (2004/5)
Daarbij zijn de bladen levendig rood en oranje, kleuren die met hun weelderigheid en schoonheid ingaan tegen het slachtofferschap en juist de kracht van de mens benadrukken, en zelfs de menselijke liefde en intimiteit. Net als in de ansichtkaarten wordt de horror van de Tweede Wereldoorlog en de vernietigingskampen niet benoemd.

Robbin Ami Silverberg, Just 30 Words (2004/5)
De schrijfster van de ansichtkaart die Silverberg in het boek als uitgangspunt nam wordt door dit alles weer een individu, los van de massa. Haar naam is Margit Karényi. 

Robbin Ami Silverberg, Just 30 Words (2004/5)
Tegelijk zijn de kleuren van het papier ook die van de ‘Mayaflower’, zo staat in een door de dochter van Silverberg geschreven tekst, een verwijzing naar haar naam (Maya) én een illustratie bij vier woorden uit de ansichtkaart: ‘imagine all I need’. In Just 30 Words wordt de lezer in meerdere richtingen tegelijk geloodst.

Robbin Ami Silverberg, Just 30 Words (2004/5)
[Zie voor de opmerkingen van Inge Bruggeman: Inge Bruggeman, ‘The Integral Role of Handmade Paper in Contemporary Artist Books’, in: Hand Papermaking, volume 23, number 2 (Winter 2008), p. 3-6.]

maandag 8 juli 2019

248. Een dankwoord uit de Appalachen

Jaarlijks komt ontwerper/boekkunstenaar Tricia Treacy met haar studenten van de Appalachian State University naar Nederland voor een cursus 'design'. Ze bezoeken en werken in de Printroom in Rotterdam, het prentenkabinet van het Rijksmuseum, verschillende ontwerpstudio's en de KB. 


Translation. ImmigrationStudents from the Appalachian State University
(2019)
Bij hun recente bezoek liet ik ze uiteenlopende boeken zien, van middeleeuwse handschriften tot moderne kunstenaarsboeken, maar met een nadruk op de twintigste eeuw: illustraties van Escher, typografie van Van Krimpen, omslagen van de Nieuwe Zakelijkheid, oorlogsuitgaven van Werkman, provotijdschriften, boeken ontworpen door Irma Boom, Christien Meindertsma, Carina Hesper en Moon Brouwer. De bedoeling was de studenten te inspireren.

De week erna gingen ze aan het werk en eind vorige week kreeg ik bij wijze van bedankje het eindresultaat toegezonden. De titel op het omslag leest - vermoedelijk - als: Translation, Immigration.







Translation. ImmigrationStudents from the Appalachian State University
(2019)
Links en rechts in het boek herkennen we Nederlandse woorden, maar vooral veel Engels natuurlijk, terwijl verschillende druktechnieken zijn uitgeprobeerd. Een fraaie manier om ons te bedanken!