Johan J. Smit, Scheppingsverhaal |
Johan J. Smit was een telg uit een geslacht van diamantairs die gevestigd waren in Amsterdam. Zijn vader Jan Kors Smit richtte het kantoor op in 1888 en na diens overlijden in 1928 stonden verschillende zonen aan de leiding van kantoren in Amsterdam, New York en Londen. In 1938 verscheen een portret van Johan J. Smit in Persoonlijkheden in het Koninkrijk der Nederlanden. Dezelfde foto staat ook afgebeeld in een boek over het bedrijf dat in 1938 verscheen ter gelegenheid van het vijftigjarig bestaan van de firma Smit.
Johan J. Smit (1938) |
Hoofdkantoor J.K. Smit en Zonen, Sarphatistraat 66, Amsterdam |
Johan J. Smit werd geboren op 25 april 1876 en overleed in Amerika op 13 april 1965.
The Daily Register, 22 october 1965 |
Algemeen Handelsblad, 23 april 1965 |
Johan J. Smit, De roos, de doornen en de menschen (1941) |
Johan J. Smit, De roos, de doornen en de menschen (1941) en Scheppingsverhaal |
J.K. Smit & Zonen was immers de naam van de diamanthandel. Was er ook een drukkerij/uitgeverij of was dit een dekmantel voor een illegale uitgave in 1941? Ja, die was er en viel onder C. Muller N.V. (zo staat het althans in het jubileumboek uit 1938). De drukkerij werd later overgenomen door Aeroprint in Ouderkerk aan de Amstel. De overeenkomst in de namen is natuurlijk toeval, al zal de diamantair bij het zoeken naar een drukker misschien daarom bij zijn naamgenoot zijn uitgekomen. Of was het familie? Die zoektocht was mij even een brug te ver nu.
Hoe dan ook, de opdracht suggereert een soort ondergrondse idealen en daarom is het niet vreemd om aan te nemen dat ook Scheppingsverhaal in de oorlog is gedrukt. Geen van beide uitgaven wordt overigens genoemd in de bibliografie van De Jong over illegale en clandestiene drukken (Het vrije boek in onvrije tijd).
Johan J. Smit, De roos, de doornen en de menschen (1941) |
De roos, de doornen en de menschen (boven) en Scheppingsverhaal (onder) |
In het Scheppingsverhaal beginnen paragrafen wel op een nieuwe regel, maar worden zinnen binnen een paragraaf aangegeven door de eerste letter in rood te drukken. Dat is ook gebeurd met de namen, zoals 'Adam'. Hoofdletters konden niet worden gebruikt voor dit doel, omdat dit lettertype alleen onderkast kent. Het is de door S.H. de Roos ontworpen letter Libra.
Dat het in beide gevallen om moralistische vertellingen gaat blijkt er ook uit dat in Scheppingsverhaal bepaalde woorden helemaal in rood zijn gedrukt: 'liefde', 'geloof', 'beschroomdheid', 'bescheidenheid', 'glimlach' (alles op pagina 7) en ook een hele zinsnede: 'zegepraal van het goede' (pagina 9), waarna 'om op te bouwen' (pagina 10) uiteindelijk leidt tot deze woorden in rood: 'de vrouw' en 'moeder' (pagina 11). Het is duidelijk, de schepping gaat voor Smit van 'nevelvlek' naar 'beginnend leven', naar 'visschen' en 'vogels' en dan door naar 'Adam' en het 'teeder wezen' Eva en van haar naar de moeder van Smit lijkt dan een kleine stap. Op pagina 8 leest men nog een eigenaardige opsomming van beproevingen die aan Adam zijn opgelegd, van 'ziekte' en 'wederzijdsche karakteraanpassingen' van beide partners tot 'rasverschillen' en 'tusschen verschillende uwer nakomelingen hoogoplaaiende, onderlinge twisten, die den aard van zelfvernietiging kunnen aannemen'.
Dat moet wel in de oorlog uit zijn pen zijn gevloeid.
Illustraties in Scheppingsverhaal (boven) en De roos, de doornen en de menschen (onder) |
Geen opmerkingen:
Een reactie posten